De nummer drie op de ranking won in zijn kamp om eremetaal van de Italiaan Antonio Esposito (IJF 9). In de golden score haalde hij het dankzij een houdgreep die hem een yuko opleverde.

"Over het algemeen ben ik tevreden met mijn dag", vertelde onze landgenoot na afloop. "Ik stond geconcentreerd op de tatami en kon een behoorlijk vloeiend judo op de mat leggen. Naarmate de dag vorderde, groeide het vertrouwen dat ik een plaats in de finale zou kunnen afdwingen. Natuurlijk was er dan ook heel wat frustratie toen ik er in de halve finales uitging. Nadien had ik even de tijd om me te herpakken en strijd te leveren om het brons. Zo heb ik mijn wedstrijd goed kunnen afsluiten. Deze medaille geeft vertrouwen voor het vervolg van het seizoen, vooral door de manier waarop ik gepresteerd heb. Daar kan ik op voorrbouwen."

Voor de 28-jarige Casse is het zijn vijfde EK-medaille. De Antwerpenaar werd eerder in 2019 Europees kampioen en won ook al twee keer zilver (in 2021 en 2022) en één keer brons (2020). Dit seizoen knokte Casse zich ook al naar brons op de prestigieuze Grand Slam van Parijs. "Nu richt ik mijn aandacht op de teamcompetitie van zondag", ging onze landgenoot verder. "Ik weet nog niet zeker of ik er zal meedoen, want we staan in de -90kg al met Noah Christiaens. We zullen het op de dag zelf zien, maar ik kijk ernaar uit dit met het team te mogen meemaken. Nederland is sterk, maar ik weet dat we hen kunnen kloppen."